De Orthomanuele behandeling.

Alvorens het over de behandeling te hebben is het belangrijk de achterliggende gedachte betreffende de oorzaak te belichten.

nekwervels voor orthomanuele behandeling from ale van der veen on Vimeo.

Binnen het gebied van de manuele therapie wordt er verschillend gedacht over de oorzaken en gevolgen van vast zittende wervels. Er zijn scholen (stromingen) die zeggen dat het allemaal “pseudo fixaties” zijn, of vertaald dat de wervels “schijnbaar” vastzitten. Sommige scholen hebben het over verzwikkingen (dys-torsies of zelfs dys-locaties) met kapselzwelling. Zo zijn er heel veel verschillende meningen, bv.het zijn blokkade’s. Er zijn reguliere artsen met een afwijkende beeldvorming die zeggen dat er niets vastzit (“Dat kan niet”) of dat er niets verplaatst is (“Wij zien dat niet op foto’s”).

Discussies zijn er volop op de congressen met artsen manuele geneeskunde. Wereldwijd denkt men na over hoe het dan wel of niet vast kàn zitten. Bv. door te hoge spierspanning, door verhaking, door kraakbeencompressie etc.

Mayta Sickesz noemde de “fixaties” gemakshalve wervel foutstanden.

(fout = dys en stand = locatie). Dit is een te statische benadering, zoals op een statische opname via een Röntgen foto. Dynamiek zie je op een film. Op een Röntgen film zie je de beweeglijkheid en de optredende fixatie, of wel het niet functioneel goed meebewegen der wervels. Wervels kunnen blijven hangen in een bepaald bewegings traject en op een ander traject wel weer meebewegen. Ze kunnen soms wel links en rechts kantelen maar niet voorover meegaan en omgekeerd. Dit alles verminderd de dynamische waterpompfunctie die noodzakelijk is voor de waterhuishouding van de tussenwervelschijf. Belangrijk voor de verversing van het water wat betreft voeding, alsmede de waterdruk.

Na een orthomanuele behandeling is de dynamiek meestal sterk verbeterd omdat Orthomanuele artsen in alle bewegingsassen de stand en beweeglijkheid bepalen en zonodig behandelen.

 

nek na behandeling from ale van der veen on Vimeo.

 

Functie testen (vaak gebruikt in de medische wereld) zijn vaak multi interpretabel en slecht objectiveerbaar. Er zijn manuele scholen die proberen via functie proeven erachter te komen waar het “pijn” probleem zit. Hun therapie is gebaseerd op het verbeteren van die functie door diezelfde functie met min of meer kracht te laten uitvoeren, vaak actief geholpen door de therapeut. Dit kan via een “High velocity thrust en via een Low velocity thrust”. Dit is afhankelijk van de scholing en ervaring van de therapeut. Ik ben daar zelf geen fan van. In mijn overtuiging doen wij het veiliger en beter.


De drie bewegings assen.

Klassieke of oude Sickesz OMG terminologie.

In de orthomanuele geneeskunde noemen we de verdraaïngen of het niet meebewegen om de lengte as (rood in schema) voorwaartsen (wip) of achterwaartsen. De verdraaïngen om de voor achterwaartse as (groen in schema) kantelingen naar rechts of naar links, dit wel vanaf de rug gezien. Verdraaïngen om de links rechts as (blauw op de tekening) benoemen wij meestal niet als zodanig maar vertalen we in de andere assen met bv. een 2 zijdige kanteling of dorsaal fixatie. Wel benoemen we wervels die in onze ogen naar links of naar rechts verschoven zijn. De zogenaamde schuivers. De atlas ofwel de bovenste wervel kan behoorlijk verschuiven, dit heeft allemaal te maken hoe de verbindende facetgewrichten staan. (Range of motion)

Nekwervels en schedel.

De stand der nekwervels lijkt op een dakpan verbinding.

 

Lumbale Wervels

De onderste rugwervels staan bv in een heel ander vlak.

 

Vaak is het scheve bekken de bron van klachten van de nek of de lage rug.

 

Extreme bekkenscheefstand met scoliose.

Deze totaal gedécompenseerde statiek noemen we een scoliose.

Indien de compesatoire wervelverdraaing de middenlijn verlaat noemen we dat een scoliose.

Zie verder in het hoofdstuk over de scoliose.

Bekken scheefstand.

Het komt nog steeds voor dat een bekkenscheefstand abusievelijk wordt  aangezien voor een beenlengteverschil.
Deze vergissing wordt vaak gemaakt (95% van de gevallen), omdat een bekkenscheefstand een echt beenlengteverschil van 2 tot 3 centimeter kan nabootsen. Ware beenlengteverschillen komen echter alleen voor na het doormaken van verschillende ziekten. Bijvoorbeeld in de jeugd (de groeifase), zoals polio, botontstekingen e.d. en bij botbreuken zowel in de jeugd als bij ouderen. Na correctie van de bekkenscheefstand blijkt echter dat de benen weer even lang zijn en een hakverhoging doorgaans niet meer nodig is. (Een goed bedoelde therapie nml. de hakverhoging levert een dubbele fout op !! Leg dat die podologen maar eens uit)

Wervel fout standen en orgaan klachten.

Het rechtzetten van het bekken en het corrigeren van de wervelkolom heeft een gunstige werking op alle orgaansystemen. Zo is het mogelijk om met goed resultaat niet alleen rugpijn en migraine te behandelen, maar ook b.v astma, hyperventileren, chronische diarree, eczeem, moeilijke stoelgang, duizeligheid en te pijnlijke menstruatie. De reden voor deze verbetering is volgens ons gelegen in het feit dat de doorbloeding van de organen sterk verbeterd is na een behandeling.

Bekken scheefstand.

De diagnose bekkenscheefstand wordt veelvuldig gesteld. In mijn praktijk in ± 90% van alle gevallen. Om een bekkenscheefstand met zijn gevolgen (compensatoire rotaties, heupstand verschillen) te corrigeren zijn vaak vier behandelingen nodig. Soms minder.
De behandeling van de wervelkolom geschiedt door een vibrerende druk in de juiste richting uit te oefenen op een wervel, het bekken of een rib. Dit kan wèl gevoelig en pijnlijk zijn. De dag erna wordt vaak als “beurs” ervaren. Dit is een tijdelijk ongemak.
Men hoeft zich hierover niet ongerust te maken, meestal duurt dat maar 2 dagen.

Wanneer een patiënt voor de eerste keer komt, bedraagt het aantal behandelingen meestal 3 keer.

Na 1 maand wordt bezien of er nog meer behandelingen nodig zijn. Dit komt in ongeveer 10% van de gevallen voor en is van te voren niet in te schatten.

De eerste tijd na de behandeling wordt voorover buigen en tillen ten strengste ontraden. De kwetsbaarheid is het grootst vlak na de behandeling en neemt na verloop van tijd af.

– Er bestaat een verschil tussen de pijn die optreedt bij het rechtzetten
  van de wervels en de pijn als reactie daarop.
– De pijn kan reeds verdwenen zijn, maar de geneestijd kan nog
  maanden duren.
– Bij griep, menstruatie en weersveranderingen neemt de oorzaak van de
  klachten niet toe, maar vaak wel de gevoeligheid.
– Bij vrouwen kan als gevolg van de behandeling een doorgaans
  éénmalige cyclusverandering optreden.
– Slapen op de buik is een oorzaak van vele verdraaiingen van de wervels,
  met name van de nek.
– Het is mogelijk dat men enige dagen na de behandeling last krijgt van
  de spieren of van de organen zoals maag en darmen etc.

De genezing zelf kan lang op zich laten wachten, soms tot een half jaar na de behandeling. Dit is één van de aspecten die vaak niet goed begrepen wordt. De snelheid van genezen is van vele factoren afhankelijk zoals b.v. de leeftijd, de tijdsduur van de foutstand, de voedingstoestand (mineralisatie) van het bot en de toepassing tijdens en na mijn behandeling van aanvullende therapieën. (b.v. fysiotherapie, Mc Kenzie ed.)
Bij grote afwijkingen zoals b.v. scoliose (zijwaartse bochten in de rug), zal de therapie langer duren en is rechtzetten meestal niet meer mogelijk. Vaak wordt de behandeling van scoliose als verlichtend ervaren.
De duur van de behandeling is van geval tot geval anders.
Bedrust langer dan twee dagen wordt, indien niet dringend noodzakelijk, afgeraden. Deze mening wordt door onderzoek resultaten onderschreven. (Nachemson  Evidence Based Medicine 2001)